Laatste update: 31 juli 2025 20:55 uur
Welkom bij de tweede periode dit schooljaar. Ook nu heb je weer verschillende toetsmomenten. Op deze pagina vind je een overzicht van wat je allemaal gaat doen tot en met de toetsweek. In deze periode werk je met boek 3 (op de voorkant drie dames met allemaal een muts, middelste heeft ook nog een sjaal).
A (bkthv2p2a) woordjestoets 6
Deze woordjes moet je kennen voor je eerste schriftelijke overhoring (woordjestoets) in leerjaar 2. Deze is ergens in de week van 17 tot 21 november Je leert deze woordjes van Nederlands naar Duits en omgekeerd. Hoe meer woordjes je kent, hoe beter je straks Duits spreekt.
'werk en beroep'
1 die Arbeit - het werk
2 arbeiten - werken
3 der Beruf - het beroep
4 der Job - de baan
5 das Büro - het kantoor
6 der Chef - de baas
7 die Chefin - de baas (vrouw)
8 der Kollege - de collega (m)
9 die Kollegin - de collega (v)
10 die Firma - het bedrijf
11 das Unternehmen de onderneming
12 die Bewerbung - de sollicitatie
13 das Vorstellungsgespräch het sollicitatiegesprek
14 der Lohn - het loon
15 das Gehalt - het salaris
16 die Arbeitszeit - de werktijd
17 die Überstunden de overuren
18 die Pause - de pauze
19 kündigen - ontslag nemen
20 entlassen - ontslaan
21 der Vertrag - het contract
22 das Team - het team
23 der Computer - de computer
24 der Bildschirm - het beeldscherm
25 die Tastatur - het toetsenbord
26 die Maus - de muis
27 drucken - printen
28 das Telefon - de telefoon
29 die Besprechung de vergadering
30 das Projekt - het project
Deze toets telt 1 x mee
______________________________________________________________________________________________________________________________________________
B (bkthv2p2b) Weihnachtskarte
Rond kerst maak je Duitstalige kerstkaart voor jouw favoriete docent (of mentor). Je krijg van mij een kaart én een envelop, de rest moet je zelf meenemen. Deze kaart versier je natuurlijk zo mooi mogelijk met stiften, glitters, verf en stickers. Heel belangrijk: je schrijft een kerstwens in het Duits op je kaart. Hieronder zie je mogelijke kerstwensen die je zo kan overnemen:
Versie 1:
Hallo .....(naam docent),
Ich wünsche dir frohe Weihnachten und ein gesundes neues Jahr
(Ik wens je fijne kerstdagen en een gezond nieuw jaar)
Liebe Grüße, (jouw naam)
(vriendelijke groet, (jouw naam)
Versie 2:
Ich wünche dir ein frohes Weihnachtsfest und einen guten Rutsch ins neue Jahr
(Ik wens je een fijn kerstfeest en de beste wensen voor het nieuwe jaar)
Mit freundlichen Grüßen
(Met vriendelijke groet)
(je naam)
Een van deze teksten moet je (foutloos) overnemen op je kaart. Verder is je cijfer afhankelijk van hoe mooi je kaart is. Gebruik dus kleur, versiering en wees origineel. Jouw docent moet deze kaart met plezier aan de muur kunnen hangen! Heb je geen inspiratie? Google dan eens op het woord 'kerstkaart'
Let op: Je docent regelt kaarten en enveloppen, maar je regelt zelf alles om je kaart vorm te geven. Denk hierbij aan kleurpotloden, stiften, verf, stickers, glitters stempels, linten, schaar, lijm etc.
VOOR DEZE OPDRACHT KRIJG JE GEEN CIJFER, MAAR HET BEPAALT MEDE JE INZETBEOORDELING VOOR DEZE PERIODE
______________________________________________________________________________________________________________________________________________
C (bkt2p1c) Mondeling: de weg beschrijven
In deze periode leer je om de weg te vragen en om de weg te wijzen. Hier horen de volgende zinnen bij. Tijdens het mondeling moet je ze zó combineren dat je de route juist omschrijft. Het gesprek volgt dus niet de volgorde zoals die hier staat!
Bij dit teken / kies je steeds een van de woorden ervoor of erna
Tijdens de toets en later in de proefwerkweek, moet je de volgende vragen en antwoorden in het Duits kunnen uitspreken. Let op, je moet zowel de zinnetjes van docent als die van jezelf kennen!
Enschuldigung, darf ich etwas fragen?
(Pardon, mag u iets vragen?)
Ja natürlich, was kann ich für Sie tun?
( Ja natuurlijk, wat kan ik voor u doen?)
Wie komme ich zum bank/Bahnhof/Flughaven/Polizei/Hotel/schloss?
(Hoe kom ik bij de bank/treinstation/vliegveld/politie/hotel/kasteel?)
Gehe ....Meter geradeaus
(Ga ... meter rechtdoor)
Dann die erste/zweite/dritte Straße rechts/links
(Daarna de eerste/tweede/derde straat rechts/links)
Nach ungefähr ... Metern kommen Sie an eine Ampel/ Kreuzung/Keisverkehr/ Brücke
(Na ongeveer ... meter komt u bij een stoplicht/kruising/rotonde/brug)
Bei der Ampel/ Kreuzing/Kreisverkehr/ Brücke müssen Sie links/rechts/ geradeaus
(Bij het stoplicht/kruising/rotonde/brug moet u links/rechts/rechtdoor)
Sie gehen über die Brücke
(U gaat de brug over)
Die Treppe hoch/runter
(De trap omhoog/naar beneden)
Gehen Sie hier links/rechts um die Ecke
(Ga hier link/rechts de hoek om)
Dann sind Sie da. Es dauert etwa ... Minuten
(Dan bent u er. Het duurt ongeveer... minuten)
Vielen dank
(Dank u wel)
Gerne
(Graag gedaan)
Deze toets telt 3 x mee
______________________________________________________________________________________________________________________________________________
D (bkt2p2dlk) ontstaan van Duitsland
C (bkt2p2c) Mondeling: in een hotel
D (bkt2p2d) Deze gaat dit jaar niet door
E (bkt2p2e) Dit moet je leren voor je tweede proefwerkweek (13 tot 17 januari 2025)
Bekijk hier de weekplanner voor deze periode. Hier zie je precies wat we per week doen aan opdrachten en toetsen: